Overslaan en naar de inhoud gaan

Voeder voor kweekvis

Laatst bijgewerkt: december 2018

 

Omnivoren en carnivoren

Het dieet van kweekvis verschilt naargelang de soort. Bepaalde soorten, zoals karper, pangasius en tilapia hebben een omnivoor dieet. De soorten die traditiegetrouw in Europa worden gekweekt zijn voornamelijk carnivoor (forel, zalm, zeebaars, goudbrasem, tarbot).

 

Vismeel en visolie

Het voer van carnivore vissen bevat vismeel en visolie, gemaakt op basis van kleine, pelagische vissen die in het wild gevangen worden (80 %) en restproducten uit de verwerking van aquacultuurproducten (20 %). De stocks van de soorten die gebruikt worden voor de productie van vismeel en -olie (sprot, zandspiering, makreel …) werden lange tijd als onuitputbaar beschouwd wegens hun grote voortplantingscapaciteit.


Meer dan de helft van de geproduceerde vismeel en visolie is afkomstig uit Chili en Peru, waar specifieke visserijen zich toeleggen op de vangst van kleine pelagische vissen. Er stelt zich hier een ethisch probleem, gezien er concurrentie optreedt tussen de productie voor dierenvoeder en de voedingsnoden van de plaatselijke bevolking.

 

Vanwege de exponentiële groei van de aquacultuur (de productie verdrievoudigde tijdens de
laatste 20 jaar), steeg de vraag naar wilde vismeel en olie navenant. De toenemende vraag naar visvoer kan niet alleen worden opgevangen door de industriële visserij. Hun vangsten blijven nu al voor meerdere jaren stabiel.

 

 

Vismeel en visolie worden niet alleen bij de kweek van aquacultuursoorten gebruikt, maar ook in het voer van verschillende landbouwdieren en andere toepassingen in de voedingsindustrie. Of mariene hulpbronnen gebruikt moeten worden als voer voor kippen en varkens staat momenteel ter discussie. Anderzijds heeft de Europese Unie vanaf juni 2013 terug diermeel op basis van niet-herkauwers (varkens en gevogelte) toegelaten in visvoer, wat terug het debat doet oplaaien over het kruisen van voedselketens.

 

 

Plantaardige bron

Aan het visvoer, dat traditioneel uit vismeel en visolie wordt gemaakt, worden alsmaar meer plantaardige proteïnen en meel toegevoegd (vooral soja). Wereldwijd wordt intensief gezocht naar alternatieven voor de vervangen van de landplanten en mariene ingrediënten in de voeders voor de aquacultuur. Zo komen insecten, gisten en microalgen in het vizier als alternatieve bron van eiwitten en vetten.
 

 

De voedingswaarde van vissen wordt bepaald door het gehalte aan essentiële vetzuren. Voor elke soort die in aquacultuur wordt gekweekt, moet men bepaalde evenwichten tussen essentiële aminozuren en meervoudig onverzadigde langeketenvetzuren respecteren (zeker opdat de gekweekte vissen een goede voedselbron zouden blijven voor de mens). Onvoldoende inname van meervoudig onverzadigde langeketenvetzuren kan de voedingswaarde van de vis sterk verlagen, maar kan bij de vis ook een verminderde groei of een
grotere vatbaarheid voor ziektes tot gevolg hebben. Er wordt heel wat onderzoek gedaan naar het garanderen van de voedingswaarde en de zintuigelijke kwaliteiten van het visvlees zonder de biologische eigenschappen en gezondheid van de dieren in het gedrang te brengen.

 

Voederconversie

Er wordt aanzienlijke vooruitgang geboekt inzake de voeders van kweekvis. De voederconversie, zijnde de hoeveelheid voedsel nodig om één kilo vis te produceren, is aanzienlijk lager dan enkele jaren geleden. In het geval van forel bijvoorbeeld bedroeg de conversie 2,5 in 1985 en 1,13 in 2007. Ondanks deze vorderingen en het feit dat plantaardige producten steeds meer worden toegevoegd aan het voer, blijft het kweken van carnivore vissen nog steeds sterk afhankelijk van de vangst van in het wild levende vissen.

 

Er is gemiddeld:

- 1 TOT 3 KG VIS NODIG OM 1 kg carnivore kweekvis op te fokken, afhankelijk van de soort (baars, goudbrasem, zalm).
- 5 KG VIS NODIG OM 1 kg vismeel te produceren.
- 20 KG VIS NODIG OM 1 kilo visolie te produceren.

 

27% van de globale vangsten worden omgezet tot vismeel.

 

 

Veevoeder

Vismeel en visolie worden niet alleen bij de kweek van aquacultuursoorten gebruikt, maar ook in het voer van verschillende landbouwdieren en andere toepassingen in de voedingsindustrie. Of mariene hulpbronnen gebruikt moeten worden als voer voor kippen en varkens staat momenteel ter discussie. Anderzijds heeft de Europese Unie vanaf juni 2013 terug diermeel op basis van niet-herkauwers (varkens en gevogelte) toelaten in visvoer, wat terug het debat doet oplaaien over het kruisen van voedselketens.

 

Algen worden veelvuldig gebruikt als voedingsstoffen en voor voedingsadditieven. De zeewierproductie neemt momenteel een hoge vlucht door de stijgende vraag naar voedsel, mede veroorzaakt door de economische groei van sommige Aziatische landen. Wetenschappelijk onderzoek buigt zich nu ook over het gebruik van (macro)algen in de productie van biobrandstof, farmacie en cosmetica.