Overslaan en naar de inhoud gaan

Laatst bijgewerkt: december 2018

Ansjovissen leven in grote scholen samen in de waterkolom. Ze groeien snel, maar leven zeer kort. Een ansjovis van meer dan 3 jaar oud is zeldzaam. Wereldwijd komen verschillende soorten voor langs de Atlantische en Pacifische kusten:

Europese ansjovis Engraulis encrasicolus, de Europese ansjovis, leeft in de oostelijke Atlantische Oceaan, van in de noordelijke Noordzee tot in Zuid-Afrikaanse wateren, inclusief in de Middellandse Zee en de Zwarte Zee.
Argentijnse ansjovis Engraulis anchoita komt voor ter hoogte van de Argentijnse kusten.
Noord-Amerikaanse ansjovis Engraulis mordax komt in overvloed voor langs de Noord-Amerikaanse Pacifische kust.
Peruaanse ansjovis Engraulis ringens leeft in Peruaanse en Chileense wateren.
Japanse ansjovis Engraulis japonicus wordt veelvuldig bevist in het noordwesten van de Stille Oceaan, ter hoogte van China, Zuid-Korea en Japan.

Wereldwijd gezien is ansjovis (alle soorten gecombineerd) de meest beviste groep ooit, met zowel in 1970 als in 1994 een historische recordvangst van 14 miljoen ton. Peruaanse ansjovis alleen al neemt 10 % van het volume van de wereldwijde vangsten voor zich.

 

De kleinere pelagische vissoorten (ansjovis, sardien, haring, horsmakreel, makreel …) leven in grote scholen samen. Ze zijn goed voor een derde van de wereldwijde vangsten. Een groot deel van deze vangsten wordt verwerkt tot diervoeder.

Soms zo overvloedig… en soms zo zeldzaam

In de Noordoost-Atlantische Oceaan worden drie grote ansjovisbestanden (Engraulis encrasicolus) bevist: het bestand in de Golf van Biskaje, het bestand ten zuidwesten van het Iberische schiereiland (Baai van Cadiz) en het bestand in de Middellandse Zee. Daarnaast is er een ansjovisbestand in de Noordzee, dat enkel nog tijdens een kort seizoen door een kleine, artisanale weervisserij in de Oosterschelde wordt bevist. Ook langs de Noord-Afrikaanse kusten leeft een gemeenschappelijke stock in de Mauritaanse wateren en rond de Canarische eilanden, waarop doelgericht gevist wordt.


Tot op vandaag weten we bitter weinig over de migraties van dit zilverkleurige visje dat in de waterkolom leeft (pelagische leefwijze). Door hun kleine en fragiele lichaamsbouw is het zeer moeilijk om ze te merken met ‘tags’ die toelaten hun bewegingen te volgen. Ook de typische manier van vissen (veel kleine ansjovissen die in heel grote hoeveelheden samen worden gevangen) maakt het niet gemakkelijk om de gemerkte vissen te identificeren.

De biomassa van een ansjovisstock kan van jaar tot jaar sterk variëren. Door de korte levensduur kan 50 tot 90 % van de populatie opgebouwd zijn uit individuen van minder dan één jaar oud. Ook is de rekrutering sterk afhankelijk van de heersende milieuomstandigheden, die toevalsgewijs tot een hoge sterfte (of overleving) kunnen leiden van de eieren, larven of juvenielen.

• In de Golf van Biskaje had de EU, naar aanleiding van een zeer lage rekrutering in 2005, de visserij op ansjovis tijdelijk gesloten om de stock te beschermen. Sinds 2010 is de ansjovisvisserij er weer toegestaan. Sindsdien zit de biomassa er weer op duurzaam niveau.

• In het ICES-gebied 9 – voor de Portugese kust gelegen en bevist door de Portugezen en de Spanjaarden – kent de stock van jaar tot jaar sterke schommelingen in biomassa. Door een gebrek aan goede gegevens kunnen de wetenschappers geen nauwkeurige inschatting maken van de status van de stock.

• In de Middellandse Zee is ansjovis, net zoals alle andere visbestanden (met uitzondering van blauwvintonijn), niet aan quota onderworpen.De ansjovispopulaties in de Golfe du Lion zijn in een zorgwekkende toestand. Het aandeel vissen met verhandelbare grootte is er zeer laag. Men wijt dit aan lage planktonconcentraties (waarop ansjovis voedt). De Algemene Visserijcommissie voor de Middellandse Zee sluit de visserij in de paaiperiode (april-augustus) en beperkt ze tot 144 dagen per jaar.

• In het centrale deel van de Oost-Atlantische Oceaan zorgen een gebrek aan data over de ansjovisstock en onzekerheid over de identiteit van de stock ervoor dat wetenschappers vanuit het voorzorgsprincipe aanraden om de vangsten niet boven het huidige  niveau in te stellen.

Ansjovisfilet

Ansjovis wordt zowel in zijn geheel (vers en diepgevroren), als gefileerd (gemarineerd of gezouten) verhandeld. De gezouten filets, die al dan niet opgerold gepresenteerd worden, zijn een uitgelezen garnituur voor slaatjes, pizza’s en broodjes Martino. Het overgrote deel van de ansjovis op de Franse markt komt uit Marokko (75 %). De Belgische markt (1 342 ton in 2016) bevoorraad zich voornamelijk uit Turkije, Frankrijk, Italië en Peru. Het gaat hier vooral over conserven en halfconserven (aangezuurd).

 

Langetermijnbeheerplan

Behalve de vangstbeperkingen, die door een TAC (Totale Toegestane Vangsten) worden vastgelegd, is ansjovis ook onderworpen aan een minimum instandhoudingsreferentiegrootte. Die bedraagt 12 cm voor ansjovis uit de Atlantische Oceaan en 9 cm uit de Middellandse Zee. Het bestand in de Golf van Biskaje valt sinds 2010 onder een langetermijnbeheerplan. Om de productie te optimaliseren, wil men het aantal stuks per kg gevangen beperken tot 60 (of minder). Nu komt dit met de huidige commerciële minimummaat van 12 cm neer op ongeveer 80 stuks per kilogram.Omdat dit kleine pelagische visje een zeer hoge capaciteit heeft om zich voort te planten, kunnen bestanden zich snel herstellen, onder de voorwaarde dat de vangstbeperkingen goed nageleefd worden en de milieuomstandigheden gunstig blijven.

 

Een importvisje

In de Golf van Biskaje is 20 % van de toegestane vangsten toegewezen aan Franse en 80 % aan Spaanse vissers. In Spanje is de zegenvisserij op ansjovis typisch iets voor de lente. In Frankrijk wordt de ansjovis voornamelijk in de zomer en herfst gevangen door pelagische sleepnetvissers en in mindere mate door zegenvissers. De Belgen vissen niet op deze soort. Alle ansjovis wordt in verwerkte vorm geïmporteerd.

 

In Frankrijk is het pelagische sleepnet de voornaamste techniek voor het vissen van ansjovis. In Spanje worden meer zegens gebruikt.

 

 

 

TE ONTHOUDEN

  • Ansjovissen zijn zeer gevoelig aan natuurlijke variaties in het ecosysteem, waardoor de stocks van jaar tot jaar zeer sterk kunnen fluctueren. Dit bemoeilijkt hun beheer.
  • In de Golf van Biskaje was het vissen op ansjovis vijf jaar lang volledig verboden (2005-2010). Sindsdien is de stock goed hersteld tot een niveau dat duurzame exploitatie toelaat
  • De soort is aan te bevelen als hij uit de Golf van Biskaje of de Baai van Cadiz afkomstig is.
  • Ansjovis afkomstig uit de Baai van Cádiz en het centrale deel van de Oost-Atlantische Oceaan kunnen best met mate geconsumeerd worden, omdat er te weinig gegevens zijn over deze stocks. 
  • Vermijd de aankoop van ansjovis uit de Middellandse Zee.
  • Gebruik in plaats van ansjovis, ook eens sardien of horsmakreel voor je marinades.
  • Eén Spaanse ansjovisvisserij op Engraulis encrasicolus is MSC-gecertificeerd.

WEETJES

De Marokkaanse industrie, wereldleider in de productie van halfconserven van ansjovis, heeft een tekort aan plaatselijke vis en voert steeds meer ansjovis in uit Argentinië (Engraulis anchoita) en Chili (Engraulis rigens) om te verwerken.

 

Collioure – aan de Franse Middellandse kust gelegen – is gereputeerd voor zijn ansjovis (Engraulis encrasicolus). Dit is vooral te danken aan de hoge kwaliteitseisen van het ruwe product en de over verschillende generaties verzamelde knowhow. Ze komen op de markt als gezouten ansjovis en als filets in pekel of olie. Sinds 2004 is de ansjovis van Collioure door Europa erkend als streekproduct (Beschermde Geografische Aanduiding - BGA).

 

De ansjovis uit de zuidoostelijke Stille Oceaan (Engraulis ringens) heeft te kampen met een sterke overbevissing. Wetenschappers geloven dat het bestand er zelfs ineen kan storten. In 2009 voerde het Peruviaanse ministerie van visserij een systeem in van individueel nietoverdraagbare quota. Sindsdien schommelt de biomassa sterk van jaar tot jaar door klimaatschommelingen veroorzaakt door El Niño