Overslaan en naar de inhoud gaan

Laatst bijgewerkt: december 2018

 

Langoesten zijn grote schaaldieren zonder scharen en met lange antennes. De stekels die het pantser en de antennes sieren dienen ter bescherming tegen roofdieren. Ze kunnen snel buiten het bereik van een  vijand komen door de krachtige staart om te klappen, waarbij het dier met een grote snelheid achteruit schiet. Langoesten houden van rotsige bodems en schuilen overdag in rotsspleten. De uitzonderlijke  kwaliteit van het vlees en hun relatieve zeldzaamheid, zorgen ervoor dat de prijs van langoest zeer hoog is. Bijgevolg worden deze soorten wereldwijd intens bevist.

 

Bretoense vissers uit Camaret en Douarnenez gingen nog tot eind de jaren 80 in West-Afrika (Mauritanië) op langoest vissen. 1961 was toen een topjaar met vangsten van 3 600 ton.

 

 

Uit de Bahama's of uit Australië

Verschillende soorten langoesten zijn te vinden op de Franse, Belgische en Zwitserse markt (geordend volgens verhandeld volume):
• de Caraïbische langoest (Panulirus argus) leeft in de West-Atlantische Oceaan aan Bermuda, langs de Oostkust van de Verenigde Staten, in de Golf van Mexico en de Caraïbische Zee;
• de gewone langoest (Palinurus elephas) komt voor van het noorden van Schotland tot het zuiden van Marokko, in de Middellandse Zee en in de Egeïsche Zee;
• de Portugese langoest (Palinurus mauritanicus) is aanwezig van het noorden van Ierland tot in het zuiden van Senegal en in de westelijke Middellandse Zee;
• de Kaapse langoest (Jasus lalandii) leeft in de westelijke wateren van Zuid-Afrika, van het zuiden van Namibië tot aan Kaap de Goede Hoop;
• de Australische langoest (Panulirus cygnus) komt voor aan de westkust van Australië

• de Juan-Fernandez-langoest (Jasus frontalis) komt enkel voor in het Juan Fernández-archipel en de Desventuradas-eilanden langs de Chileense kust.

 

Voor het voortbestaan van de stocks

Langoestbestanden worden wereldwijd ten volle bevist. Enkele stocks zijn niet in gevaar (Panulirus cygnus uit Australië, Palinurus elephas uit de westelijke Middellandse Zee), terwijl andere in een zorgwekkende toestand verkeren (Palinurus mauritanicus en Palinurus elephas afkomstig van aan de Atlantische kust). De staat van de stocks van de Panulirus argus uit het westelijke deel van de Atlantische Oceaan is niet nauwkeurig gekend.  De beheermaatregelen voor de langoest Jasus lalandii blijken in Zuid-Afrika hun vruchten af te werpen: aan de zuidkust wordt deze soort niet langer bedreigd door overbevissing, maar de stock aan de westkust blijft wel nog steeds in gevaar (de visserijinspanning blijft er te hoog liggen en de illegale visserij is nog niet gestopt).


Wegens de hoge handelswaarde van deze soorten en het vaak artisanale karakter van de visserij, is de langoestvisserij in de meeste gevallen onderworpen aan nauwgezette beheermaatregelen die het voortbestaan van de bestanden en de duurzaamheid van de activiteit beogen. Een van de belangrijkste regels om onvolwassen langoesten te beschermen, is het vastleggen van een minimum aanlandingsmaat. Deze verschilt van soort tot soort. In de Europese wateren is een minimum aanlandingsgrootte vastgelegd van 95 mm (lengte gemeten van de achterkant van een van de oogholtes tot aan de achterste rand van het kopborststuk). In sommige landen of regio’s wordt een striktere maat gehanteerd, zoals 110 mm in Frankrijk en het Engelse Cornwall. In verschillende gebieden sluit men de visserij af in de maanden dat de dieren vervellen of is er een verbod op het aanlanden van eidragende vrouwtjes, zoals al sinds 2016 in Frankrijk het geval is in de Atlantische zone en het Engels Kanaal. Net zoals dat het geval is bij kreeft, heeft men de aanmeldingsplicht voor langoesten sterk verbeterd. Maar de beheerders erkennen dat frauduleuze praktijken blijven bestaan. Vooral het niet naleven van de minimum aanlandingsmaat blijft een pijnpunt.

 

In 2016 werd in België 1130 700 ton langoest geïmporteerd, waarvan 58% uit Nicaragua en 31% uit de Bahama’s.

 

 

Ingevoerd uit alle hoeken van de wereld

De West-Europese markt wordt bevoorraad door een heel beperkte lokale aanvoer (van enkele tientallen ton), maar vooral door ingevoerde producten uit alle hoeken van de wereld  (levend of diepgevroren). De Franse, Belgische en Luxemburgse invoer bestaat voor bijna 85 % uit diepgevroren langoest – hoofdzakelijk staarten – en 15 % in een andere vorm (een mix van levende, gekookte en rauwe, niet diepgevroren langoest). De belangrijkste productiegebieden van deze import zijn:
• de Bahama’s (Panulirus argus),
• de Verenigde Staten (Panulirus argus),
• Brazilië (Panulirus argus),
• Australië (Panulirus cygnus),
• en Zuid-Afrika (Jasus lalandii).

 

Enkele regels die bepaalde langoestvisserijen in acht dienen te nemen:

Panulirus argus uit de Bahama’s

• Visserijseizoen gesloten van 1 april tot 31 juli
• Minimale grootte staart: 140 mm
• Minimale grootte kopborststuk: 89 mm
• Verplichte visvergunning
• Gereglementeerde korfgrootte: 91,5 cm lang, 61 cm breed en 61 cm hoog
• Vangstverbod van eierdragende langoesten

 

Jasus lalandii uit Zuid-Afrika

• Vangstseizoen gesloten van 1 april tot 15 juli
• Minimale grootte (totaal): 80 mm
• Totaal Toegestane Vangst (TAC) apart vastgelegd voor de professionele visserij en voor de recreatieve visserij
• Verplichte vergunning voor recreatieve visserij, maximaal 4 langoesten per persoon per jaar

• Vangstverbod van eidragende langoesten

 

Palinurus elephas uit Frankrijk (Atlantische kust en Engels Kanaal)
• Vangstseizoen gesloten van 1 januari tot 31 maart
• Minimale grootte staart: 110 mm
• Totaal vangstverbod van eidragende langoesten
• In meerdere zones totaal visverbod
Deze reglementering uit 2000 kwam er na afspraken tussen alle bij deze visserij betrokken partijen met als doel het verbeteren van de stock.

 

TE ONTHOUDEN

  • Alle langoestbestanden wereldwijd worden intensief bevist.
  • Vermijd gewone en Portugese langoest gevangen aan de Atlantische kusten, omdat de toestand van de stocks zorgwekkend is.
  • Verkies langoesten uit de Middellandse Zee, Australië en zuidelijk Zuid-Afrika.
  • De minimum aanlandingsmaat van de Europese langoestsoorten is vastgelegd op 95 mm (lengte kopborststuk) voor exemplaren afkomstig uit de Atlantische Oceaan en het Engels Kanaal, en 90 mm voor langoesten uit de Middellandse Zee, maar in bepaalde landen (zoals Frankrijk) geldt een strengere maat van 110 mm.
  • Vier langoestvisserijen beschikken over een MSC-attest: een Mexicaanse (Panulirus interruptus in de Pacifische Oceaan), een Australische (Panulirus cygnus), een Chileense (Jasus frontalis) en een in Tristan da Cunha (Jasus tristani).

WEETJES

ROOD EN ROZE

In de jaren 50 bestond er een grote visserij door Bretoense korvenvissers op gewone en Portugese langoest ter hoogte van de Bretoense en de West-Afrikaanse kusten. De Franse aanvoer viel sterk terug, van ongeveer 3 000 ton per jaar naar minder dan 200 ton. Redenen hiervoor waren het visverbod voor Franse schepen in de nationale wateren van derde landen, het moeten delen van de stocks met andere Europese lidstaten en het dalen van de langoestbestanden. De officiële aanvoerstatistieken zijn echter een onderschatting van de realiteit. Omwille van hun hoge handelswaarde worden langoesten – zowel door beroepsvissers, als door sportvissers – immers verkocht zonder er aangifte van te doen. De huidige onrustbarende toestand van het bestand van rode langoest in Franse wateren werd door het visserijinstituut IFREMER gesignaleerd aan de Franse producentenorganisatie (‘Comité National des Pêches Maritimes’). Daarom werden nieuwe beheermaatregelen ingevoerd om terug een gezonde broedstock te verkrijgen.